Pandemie niet de oorzaak

Volgens eetstoornistherapeut Sanne Broeders-van Loon is de pandemie niet de oorzaak geweest van deze stijging. Wel denkt ze dat het een flinke katalysator is geweest. Dit heeft voornamelijk te maken met de isolatie die jongeren ervaarden tijdens het hoogtepunt van de pandemie. Volgens Broeders-van Loon heeft dit onder andere te maken met dat jongeren geen zicht hebben op de ontwikkeling van hun leeftijdsgenoten, terwijl dat juist een essentieel onderdeel is van hun eigen ontwikkeling.

eetstoornispatiënten zijn gestegen tijdens de pandemie

De pandemie speelde ook op een andere manier nog mee in de stijging in eetstoornispatiënten. De isolatie en eenzaamheid zorgde er namelijk voor dat mensen die al niet lekker in hun vel zaten, nog meer in een dieptepunt zakten. Je gaat meer in je hoofd zitten en krijgt last door alle sociale media plaatjes. Daarnaast was er weinig hulp en ruimte bij zorginstellingen beschikbaar, waardoor de wachtrijen steeds langer zijn geworden.

Verdubbeling van eetstoornispatiënten

Voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK), Károly Illy, en kinderarts Annemarie van Bellegem vermoeden dat er een verdubbeling van eetstoornispatiënten is ten opzichte van vóór de pandemie. Van Bellegem schat dat er momenteel zo’n 200.000 mensen worstelen met een eetstoornis.

Van Bellegem vindt het niet gek dat er juist in de pandemie een stijging in eetstoornissen voorkomt. Ze geeft aan dat deze ziektes zich vooral ontwikkelen na een ingrijpende gebeurtenis. Ook dat er jongere tieners hulp zoeken vindt zij niet gek, want dat zijn de puberjaren waarin mensen zich opeens heel veel gaan ontwikkelen. Eetstoornissen ontstaan vaak in de pubertijd.

Naast een stijging van anorexia-patiënten, komen er ook andere eetstoornissen voorbij zoals boulimia of Binge Eating Disorder (BED). Omdat anorexia over het algemeen makkelijker te identificeren is, wordt hier vaker over gesproken terwijl de andere eetstoornissen net zo schadelijk kunnen zijn. Ook emotie-eten is iets om goed op te letten.

GGD heeft weinig ruimte voor eetstoornispatiënten

er is te weinig ruimte in zorginstellingen

De wachtlijsten voor de GGD lopen al jaren op, en sinds de pandemie is dat niet veel beter geworden. Aan het begin van de pandemie trokken zorginstellingen al aan de bel, omdat ze aan hun limiet zaten. Negen GGD-instellingen gaven zelfs aan dat de aanmeldingen met 300% waren gestegen.

Annemarie van Bellegem vindt het naar om te zien dat de wachttijden en aanmeldingen zoveel stijgen. Volgens haar is het erg lastig om als ouder thuis te moeten zitten met een hulpbehoevend kind. Daarnaast geeft ze aan dat de problemen/klachten vaak ook verergeren naarmate de patiënt langer moet wachten. Toch zal dat de realiteit zijn nu dat er door de pandemie zoveel meer klachten aan het licht zijn gekomen.

Klinisch psycholoog Ravian Veenstra geeft aan dat mensen met een eetstoornis vaak pas laat aan de bel trekken, wanneer het al ver is gevorderd. Wanneer zij dan nog lang op hulp moeten wachten, verergert de situatie alleen nog maar meer. Sanne Broeders-van Loon geeft aan dat het daarbij ook niet alleen om eten gaat, maar ook om controle. Tijdens de pandemie was er veel controle weggenomen door de overheid, om ons veilig proberen te houden. Toch hebben mensen behoefte aan controle over hun eigen leven, en door middel van eten kunnen zij een gevoel van controle terugkrijgen.

We moeten signalen leren herkennen

Veenstra vindt dat we naar het totaalplaatje moeten kijken. Hoewel je kan herstellen van een eetstoornis, zullen er altijd bepaalde triggers blijven bestaan. Het is belangrijk dat je die van jezelf, of van anderen, leert herkennen zodat je ze tijdig aan kan pakken. Zo kan je leren omgaan met je eigen kwetsbaarheid.

We moeten daarnaast ook meer naar de zorg kijken, vindt hij. We moeten kijken naar hoe de beschikbare middelen in de zorg worden besteed en welke middelen tegen eetstoornissen er bestaan en hoe effectief deze zijn. Broeders-van Loon sluit daarop aan met dat ouders en scholen ook beter geïnformeerd moeten worden. Zo kunnen ook zij signalen leren herkennen en kan er sneller hulp gegeven worden.

Bronnen:

NU.nl – 06 juli 2022

NU.nl – 26 mei 2022